Geschiedenis

Geschiedenis

Eeuwenoud café

Eik en Linde is een eeuwenoud café in de Plantagebuurt van Amsterdam. Het eerste Eik en Linde bevond zich op de hoek van de Plantage Badlaan en de Plantage Franschenlaan. Op deze plek staat het nu nog steeds, nu midden in Artis als “Het Wolvenhuis”. Aan de buitenmuur van het wolvenhuis bevindt zich een plaquette die aan dit roemruchte eerste Eik en Linde herinnert. Vanaf 1834 verschijnt er een groot aantal advertenties in het Algemeen Dagblad waarin opgeroepen wordt hier concerten bij te wonen.

Vanaf 1967 bevindt Eik en Linde zich op de huidige plek aan de Plantage Middenlaan 22 te Amsterdam. Op de begane grond is er het bekende ruime café met aan de ene zijde uitzicht op de Middenlaan, terwijl het aan de andere kant een blik gunt in de achtertuin.

Lees meer over de geschiedenis van het café in het boekje:

Bomen over Eik en Linde.

Herkomst

In Metamorfosen beschrijft Ovidius hoe Zeus en Hermes vermomd als zwervers door Phrygië trekken. Op hun pad ontmoeten zij niets dan narigheid en gesloten deuren totdat een oud, in armoede levend echtpaar Philémon en Baukis, hen gastvrij ontvangt. Zij bieden de reizigers voedsel en onderdak in hun schamele hut.

Wanneer Zeus later een zondvloed over het land stuurt, spaart hij het echtpaar en hun hutje, dat hij verandert in een prachtige tempel. Na een leven van dienstbaarheid sterven Philémon en Baukis is op eigen verzoek tegelijkertijd. Zij transformeren tot twee bomen aan weerszijden van de tempel: een eik en linde. Nog vele jaren hebben ze daar gestaan hun stammen in elkaar verwikkeld.

Het voert te ver om Eik en Linde zo oud als Ovidius te noemen, maar een rijke historie heeft het zeker. Het begon ooit als uitspanning in wat nu Artis is. Aan de buitenmuur van het wolvenhuis bevindt zich een plaquette die aan dit roemruchte, eerste Eik en Linde herinnert.

Later verhuisde het café naar de Plantage Middenlaan, waar het via twee andere locaties in 1967 uiteindelijk op nummer 22 belandde.

Alle metamorfoses die het dranklokaal onderging ten spijt, is één fenomeen nooit aangetast: de sfeer. Relaxed, tolerant, solidair en geëngageerd. Een huiskamer voor velen met dit verschil dat er een biljart middenin staat. Een potje dammen of schaken, catan, ouwehoeren, een partijtje ‘mooie ballen maken’ op het groene laken of een goed gesprek; iedereen heeft zo zijn reden om binnen te waaien. Toeristen en dagjesmensen combineren een bezoek aan Artis of een museum met een afzakkertje (of is het andersom?)